Workshop bij Simone: ‘Snoei de zijtakken en houd het midden vloeibaar’

Daar zat ik dan in de auto naar Alkmaar. Op weg naar de workshop van Simone van der Vlugt. Onder de titel ‘Schrijven met Simone’ hield zij op zondagmiddag een drie uur durende cursus. Ik was licht zenuwachtig, benieuwd hoe ‘gewoon’ zij zou doen, en hoe de samenstelling van de groep zou zijn. Wat was het niveau? Het voelde als iets overbodigs: als schrijver met een opleiding op zak een ‘workshop schrijven’ volgen. Maar ja, dit was wél een workshop van Simone van der Vlugt, misschien kwamen er alleen vergevorderden. Zij is immers niet zomaar een schrijver. Ze weet van thrillers, ze weet van historische romans en laten dat nou toevallig twee van mijn lievelingsgenres zijn. Ik ben zelfs ooit afgestudeerd op een filmscenario van een kostuumdrama.

Gering

Het aantal cursisten bleek gering: we zaten met z’n vijven aan een lange tafel. Ik was bij de schrijfretraites gewend aan drie keer zoveel schrijvers aan een lange tafel. Het aantal leek meer op mijn schrijfweekenden. Maar in tegenstelling tot die groep kende deze groep elkaar niet; we zaten onwennig tegenover elkaar.

Simone en Gean_600

Dan kun je dat

Simone was heel ‘gewoon’. Haha. Ik bedoel toegankelijk. We konden haar vragen wat we maar wilden. (Ook of we met haar op de foto mochten. Tja, je blijft fan hè?) Wat ik leuk en opvallend vond, is dat ze een aantal van haar eigen boeken gebruikte voor de les. De totstandkoming van de een, het uitgeven van de ander, het knippen uit het één om het later te plakken in een ander, en nog meer; haar eigen voorbeelden illustreerden wat ze wilde overbrengen. Als je zoveel hebt uitgegeven en daar ook nog eens heel succesvol in bent, dan kun je dat. Dan heb je genoeg materiaal om een hele serie cursusmiddagen te vullen.

Ik bleek de enige ‘gevorderde’ te zijn. De bekende regels als ‘show don’t tell’, ‘vermijd clichés’, en ‘kill your darlings’ passeerden de revue. Voor de anderen waren ze nieuw, voor mij was het fijn om ze nog eens te horen.

Dat verraste mij

We hadden allen van te voren eigen materiaal moeten insturen en ze had de les aangepast aan wat ze in onze stukken was tegengekomen. Maar in tegenstelling tot lessen creatief schrijven, waarin je gezamenlijk elkaars schrijfsels bekijkt en beoordeelt, kregen we pas achteraf via de mail persoonlijk commentaar op wat we ingestuurd hadden. Dat verraste mij. De workshop was klassikaler dan ik had verwacht. We deden wel wat oefeningen in kritisch lezen, maar we hoefden zelf niets te schrijven. Dat vond ik wel jammer. Ik begrijp het wel, er staat maar drie uur voor de workshop en er is zó veel te vertellen. Eigenlijk had de cursus gewoon langer mogen duren.

Heb ik er toch wat van opgestoken? Jazeker.

Ik heb geleerd dat je een verhaal kunt vergelijken met een boom. Kijk goed of er zijtakken zijn die gesnoeid kunnen worden. Zo ja, snoeien die tak.

Dat scheelt

Ik heb geleerd dat je alleen het begin en einde van je verhaal goed hoeft te kennen als je gaat schrijven. ‘Houd het midden vloeibaar.’  Dat is nog eens een goede tip voor iemand als ik die niet zo goed weet wanneer ze moet stoppen met het uitdenken van haar plot. Daar hoef ik me dus geen zorgen over te maken. Het begin en het einde is mij bekend. Dat scheelt. Ik kan Gewoon Doorgaan.

Ze raadde ons aan om onze personages ‘te worden’, om ons helemaal in te leven. Goed advies. Bij mij wel een uitdaging want het zijn er in mijn thriller best veel.

No pressure

Uh ja, nog even daarover. Want toen kwam ik erachter dat Simone en ik niet helemaal hetzelfde denken over alles op schrijfgebied. Simone raadde mij – o sorry, ons – aan om niet meer dan twee perspectieven te hebben. Ik houd van verhalen met meer en noemde auteurs die dat doen. Zij doet het liever niet omdat veel perspectieven het verhaal zo ophoudt. Ik vond dat ze een goed  punt maakte. Elk karakter moet helemaal geïntroduceerd worden en als dat niet goed genoeg gebeurt, dan heb je het he-le-maal gehad als lezer. Zit wat in. Kan ik niet ontkennen. Oftewel, hoe ik het opgevat heb: je mag het alleen doen als je het heeeeel goed doet.

No pressure.

Ontzettend kritisch

Ik werd er wat onzeker van. Misschien wil ik toch te veel perspectieven. (Ja, ja, ik weet ‘t, in mijn vorige blog schreef ik nog heel zelfverzekerd dat ik ze alle nodig heb. But a girl can change her mind, can’t she?) En misschien ook niet, misschien ben ik zo’n schrijver die ze allemaal neer kan zetten en de lezer denkt: ja, ieder voegt iets toe. (Complexe verhalen vind ik zelf vaak de boeiendste. Ik ben toch vast niet de enige lezer die dat vindt? Dan ben ik maar – zoals ik altijd al voor ogen had – mijn eigen doelgroep wel. Ik schrijf voor mezelf.) Toch wil ik Simones lessen ter harte nemen. Dus ik heb mezelf beloofd om nog eens ontzettend kritisch naar elk van die perspectieven te kijken. Of ze geen snoeibare zijtak zijn. Of dat ze niet simpelweg een personage kunnen zijn in het perspectief van een ander.

Dat is mijn grootste huiswerk.

Naast het kleinere huiswerk. Zoals mijn ene rechercheur interessanter maken. En mijn opening inkorten. En de overbodige woorden schrappen. En… nou ja, genoeg te doen.

Eerlijk gezegd heb ik het meeste zin in dat vloeibare midden. Het is heel spannend om niet te weten wat er gaat gebeuren in het verhaal. Kan dat als schrijver van dat verhaal? Ja, dat kan. Simone zegt ’t en zij kan het weten.